Hygrometer
Een hygrometer is een meetinstrument waarmee de relatieve vochtigheid wordt gemeten in procenten.
De relatieve vochtigheid is de verhouding tussen in de lucht aanwezige hoeveelheid waterdamp en de, bij de heersende temperatuur maximaal mogelijke hoeveelheid waterdamp.
Rond 1400 werd als eerste uitvinder van de hygrometer Leonardo da Vinci genoemd, in 1664 maakte Francesco Folli een meer praktisch model.
De eerste haarhygrometer kwam in 1783 en werd gemaakt door Horace-Bénédict de Saussure. Dit is het meest gebruikte type voor huis, tuin en keukengebruik. Deze hygrometer werkt d.m.v. van een ontvette mensen- of dierenhaar. Deze haar verandert van lengte afhankelijk van de vochtigheid. Is het droog wordt hij korter, is het vochtig dan wordt hij langer. Op een wijzerplaat met een schaalverdeling kan het percentage vochtigheid worden afgelezen.
Buitenshuis kan de relatieve luchtvochtigheid enorm variëren, van minder dan 20% tot 100%. Binnen bedraagt de luchtvochtigheidsgraad meestal 40 - 60%.
Vochtigheidsmeters werden eind 17e eeuw populair in de vorm van weerhuisjes. Bij mooi (droog) weer draaide er een vrouwtje naar buiten, bij slecht (vochtig) weer draaide het mannetje naar buiten. Tegenwoordig zijn deze weerhuisjes geliefd als souvenirs.
Tegenwoordig heb je veel digitale hygrometers.