Regenmeter
Een regenmeter, ook wel pluviometer genoemd, is een type instrument dat door meteorologen en hydrologen (deskundige op het gebied van, de kringloop van, water) wordt gebruikt om de hoeveelheid gevallen neerslag gedurende een bepaalde tijdsperiode op te vangen en te op te meten.
De hoeveelheid neerslag wordt in millimeters aangegeven. Eén millimeter komt overeen met één liter water per vierkante meter. Valt de neerslag in vaste vorm, bijvoorbeeld als sneeuw of ijzel, dan wordt de neerslag door een verwarmingselement in de regenmeter gesmolten. Een millimeter smeltwater is te vergelijken met een sneeuwhoogte van één cm.
De eenvoudigste regenmeter is een meestal glazen of doorzichtige kunststoffen maatbeker. De doorsnede van de opening aan de bovenzijde moet representatief zijn voor het aantal gevallen millimeters neerslag. In een professionele opstelling behoort de regenmeter vrij opgesteld te worden, dat wil zeggen niet onder of nabij hogere obstakels zoals gebouwen en bomen en met de bovenkant van de trechter op ongeveer 40 cm boven een vlakke grond.
Ook wordt een Engelse opstelling gebruikt. Hierbij wordt de regenmeter in een opgehoogde kuil van drie meter doorsnede geplaatst waarin een bodem van kiezelstenen ligt. De regenmeter steekt hier niet boven de rand van de kuil uit zodat de wind weinig invloed op de vallende neerslag heeft en de metingen nauwkeuriger zijn. De hoeveelheid neerslag moet minstens eenmaal per dag gemeten worden om het verdampen zoveel mogelijk tegen te gaan